Bij B-Better vinden wij het belangrijk dat alle kinderen mee kunnen doen aan de sportles en daar plezier aanbeleven. Wij vinden het dan ook belangrijk dat er veel bewogen wordt door het doen van spelletjes. Bij de onderstaande spelletjes komt er meer kijken dan alleen hard rennen, dit zorgt ervoor dat iedereen kan winnen ongeacht hoe sportief het kind is. Deze spelletjes kun je voor een training doen als warming up, op het schoolplein of in de gymles.

1. De grond is lava

De deelnemers verdeel je in groepjes van max 5. Alle groepjes krijgen de opdracht om naar de overkant te komen zonder de lava aan te raken(de grond), alleen in de hoepels ben je veilig. De deelnemers proberen een pad te maken met behulp van de hoepels. Als ze niet verder kunnen pakken ze de achterste op en leggen die weer vooraan, dit gebeurt natuurlijk zonder de grond te raken. Wie als eerste aan de overkant is zonder de grond te raken die wint.

2. 3 op een rij

De deelnemers verdeel je in 2 groepjes. De deelnemers mogen om de beurt hun pion in de hoepel neerleggen. De deelnemer rent dan terug en tikt de volgende aan. Als het niet gelukt is om in 3 pogingen 3 op een rij te krijgen, mag de volgende deelnemer hun pion verplaatsen en rent dan terug. Als variatie kun je het doen van oefeningen toevoegen, laat de kinderen 3 keer opdrukken voordat ze mogen starten.

3. Hoofd schouder knie pion

De deelnemers gaan in groepjes van 2 tegenover elkaar staan met een pion in het midden. De lesgever roept hoofd, schouder of knie, de deelnemers die raken met beide handen die plekken aan. Als de lesgever pion roept moeten de deelnemers de pion zo snel mogelijke oppakken, wie dit als eerste doet wint. Als variatie kunnen de deelnemers dit ook liggende, zittend en in een squat houding doen.

4. Domino

Een domino kaart ligt op de mat en een stapel kaarten die gepakt kan worden als de deelnemer niet kan. Aan beide kaarten liggen 5 kaarten per groepje deze moeten de deelnemers weg zien te spelen. De deelnemers proberen zo snel mogelijk de kaarten weg te spelen, als de deelnemer niet kan aanleggen dan pakt de deelnemer een kaart van de pakstapel. Deze kaart moet de deelnemers dan neerleggen bij de groepskaarten. De deelnemer rent terug en tikt de volgende aan om een kaart aan te leggen. Dit spel kan snel gespeeld worden, wil je dat het langer duurt? Laat de kinderen dan op handen en voeten kruipen in plaats van rennen.

5. Memory

De deelnemers verdeel je in groepjes van max 5. Alle groepjes krijgen de opdracht om zoveel mogelijk memory setjes te verzamelen. Dit doen ze door om de beurt 2 kaarten om te draaien. Als het een setje is mag die mee terug, als het geen setje is worden de kaarten weer omgedraaid en rent de deelnemer terug. Dit kun je doen met een pak kaarten, 2 rode of 2 zwarte kaarten zijn een setje.

Wil je meer weten over het geven van les, hoe je een les leuker en interessanter kunt maken? Neem dan een kijkje bij onze bedrijfsworkshops, hier leren we juffen/meesters en pedagogisch medewerkers hoe je een sport/beweegles leuker kunt maken.